Hoogleraar Anna Bosman ziet de laatste jaren een flinke toename in het aantal dyslexie verklaringen. Een vreemde trend, want er is nogal wat aan te merken op de diagnose van dyslexie. En waarom omschrijven we een leesprobleem als een individuele leerstoornis? Sommige kinderen kunnen ook niet goed sporten, maar dit noemen we ook geen leerstoornis? Volgens Anna Bosman is slecht kunnen lezen eerder het gevolg van ons onderwijs en is het zeer twijfelachtig of we kinderen kunnen diagnosticeren met dyslexie. Daarnaast zijn er steeds meer ouders die niet accepteren dat hun kind minder makkelijk leest. Liever op zoek naar een diagnose en ‘oorzaak’ dan accepteren dat een kind langzaam leest of hier minder bekwaam in is. Bovendien opent een label dyslexie de deur naar extra hulp en begeleiding. Het is big business. Iets waar Follow the Money eerder over berichtte. Kijken we als maatschappij wel voldoende naar de oorzaak van slecht kunnen lezen? Luister nu naar een zeer precieze en onderbouwde Tjipcast over het verschil tussen dyslexie en een leesprobleem. Over goed en slecht onderwijs. En over wie nu eigenlijk onder de streep een probleem heeft: het kind of de school?
05.00 Het belang van gezamenlijk lezen in de klas: minstens een half uur!
07.30 Problemen voor zijn als leerkracht, de kritiek op ontdekkend leren
11.00 Praktijkvoorbeeld: school met een bijzondere methodiek
14.00 Definitie van dyslexie (wat is de oorzaak?) en problemen met het operationaliseren van de stoornis (relatief slecht lezen t.o.v. zijn leeftijdsgenoten)
18.00 10% laagst scorende lezers (medisch circuit van lezen), 3% regel = waar is dit op gebasseerd
22.00 Sporten, lezen, reken, tekenen of andere talenten
30.00 Klanken
31.00 Het belang van oefenen
36.00 IQ tests
41.00 Het belang van woorden opschrijven en de schaduwkant van het ‘verleuken’ van ons onderwijs
46.00 De rol van de leerkracht, klassikale instructie
52.00 Een school is niet het bedrijfsleven
55.00 Gemiddelde leessnelheid (link naar FTM onderzoek)
Met onderwijskundige Peter Loonen ga ik in gesprek over de start van het schooljaar. Het moment dat we vaak overlopen met energie en mooie plannen hebben voor het aanstaande schooljaar. Maar helaas kan dat ook snel wegzakken, voor je het weet verliezen we ons in ingewikkelde examenplannen, overleggen, discussies en inspectiebezoeken. Hoe hou je die positieve energie vast? En wat is daarvoor nodig? We blikken ook vooruit op de spieken studiedag van 30 oktober. Op deze studiedag kunnen onderwijsleiders in 1 dag overzicht en inzicht krijgen in de belangrijkste managementmodellen die er vandaag de dag toe doen. Over leren, veranderen, coachen en leidinggeven en nog veel meer. Op basis van het boek ‘Spiekboekje voor Managers. Met veel praktische toepasbaarheid, een no-nonsense filosofie, boordevol actuele casuïstiek en veel discussie en verdieping. Schrijf je nu in via deze link!
Op veel scholen verdwijnen de handvaardigheidslokalen. Eind 2018 schreef ik hierover een opiniestuk in het NRC. Ik kreeg hier ontzettend veel reacties op. Hoe kan dit als we tegelijkertijd geen vakmensen kunnen vinden in Nederland? En hoe komt het dat we leren timmeren, zagen en ‘iets maken’ met je handen niet meer zo hoog op de prioriteitenladder hebben staan? Je handen als instrument leren gebruik en de wereld ‘kunnen vormgeven’ is minstens zo belangrijk! Gelukkig is er een spannende nieuwe beweging in Nederland gaande: het maakonderwijs ook wel ’the maker movement’. Hier gaat leren en mooie dingen maken hand in hand! En dit kan in de klas, bij de bieb of op bezoek bij de fietsenmaker. Met maakonderwijs expert Wytkse de Man van de Alan Turingschool in hartje Amsterdam ga ik hierover in gesprek. We verkennen hoe leerkrachten kunnen starten met maakonderwijs en wat het vraagt van de dagelijkse schoolomgeving.
De meeste van ons kunnen precies het verschil uitleggen tussen een hele goede en slechte training of opleiding. Vaak doen we dit op basis van eigen ervaringen. Waar het kan gaan om de toepasbaarheid van aangereikte kennis, de ervaren begeleider of de prettige groep deelnemers waar iedereen elkaar uitdaagt en steunt om het maximale eruit te halen. Is het echter ook mogelijk dit soort ‘leerervaringen’ bewust te ontwerpen? Zijn er uitgangspunten en kenmerken van een ontwerpproces die de kans op krachtige leerprocessen’ groter maakt? Zodat ze baat hebben bij het individu, het team en de organisatie waar een professional werkt?
02.30 Opleiding als middel en geen doel en waarom leertraject een beter woord is
03.30 Leren geeft meer ruimte dan opleiden
06.00 Verplichten van leren, kan dat?
07.00 Wanneer maak jij het verschil? Meestal leer je dat niet op een school
09.30 Opleidingskunde als vak en discipline, leren in het werk, rond het werk en voor het werk
12.45 Verklaringen waarom er nog veel getraind wordt in organisaties
17.00 Diegene die het werk doen, staan aan de basis van het leertraject
21.00 De rol van HR(D) en trainingsprofessionals in organisaties
25.00 Benaderingen om naar ontwerpen te kijken
30.00 Leerdoelen, kan je daar mee werken als ontwerper?
33.00 Werk centraal stellen, van competentie naar bekwaamheid
36.00 Pleidooi voor de analyse (vaak wordt dit vergeten)
40.00 Evalueren die je constant, niet alleen op het einde
43.00 Enkele valkuilen. Teveel werken met ‘saaie methodes, durf verder te kijken dan een interview afnemen: dagboek bijhouden, filmpjes maken en andere tools benutten
43.30 Visie op leren, wat heb je daaraan als ontwerper?
45.45 Primaire proces van de organisatie heeft grote invloed op de leervoorkeur.
47.10 Meegaan in de dominante manier van leren als ontwerper, ook al kan dat niet altijd het best werken
47.55 Risico van te mooie woorden omtrent leren, praat en doe theorie
49.40 Passie om het werk te bestuderen, daar gaat het om!
Link naar een introductie artikel over ‘leren ontwerpen’ vind je hier.
Het onderwijs vormt niet, het vervormt. Doordat het uitgaat van verkeerde aannames en ideeën. Hier begint hoogleraar Jan Bransen zijn kritisch betoog om anders te durven kijken naar onderwijs, leren en ontwikkeling. Want leren is veel meer dan een toets of examen halen. Reflectie en onderzoek doen naar wie je bent als mens, wat je drijft en motiveert is minstens zo waardevol! Maar deze activiteiten vragen ruimte, aandacht en begeleiding en zijn bovendien niet zo makkelijk ’te meten’. In deze Tjipcast spreek ik uitgebreid met Jan Bransen over zijn nieuwe boek ‘Gevormd, of vervormd? Pleidooi voor ander onderwijs’. Een buitengewoon spannend gesprek over de rol van kennis, experimenteren en het belang van motivatie en ‘zin in leren’. Want uiteindelijk is leren veel meer dan de spiegel van een helder gegeven instructie. Durven we nog wel zo naar ons onderwijs te kijken?
4.00 Kritische reflectie: willen studenten nog wel studeren? Of willen ze tentamens halen? Hoe is dat zo gekomen?
5.00 Calculerend leren versus het hebben van een doel
8.00 De onderbouw
9.40 Leeropbrengsten en leerdoelen, wat is het verschil?
13.00 Gedragsontwikkeling, de weg naar het leerdoel toe (maar kan dat wel?)
17.00 Zelfvertrouwen en jezelf leren beheersen, hoe ontwikkel je dat? Dit is ook onderdeel van ‘lid worden van onze taalgemeenschap’
20.00 Vragen die ons denken stimuleren, ook al is er geen pasklaar antwoord
23.00 De hoog – laag metafoor van onderwijs
23.40 Leren zien als de spiegel van instructie, waar is dan de wil en motivatie?
29.00 Toets na toets
31.30 Agora onderwijs en andere varianten zoals het Vathorst college
37.00 Biologie van het leren
42.00 Naïef idee om te denken dat je kinderen MOET bezighouden
44.00 Leren van de ervaring, dat is veel meer dan alleen de expliciete instructie
45.00 Moet het onderwijs nog wel summatief toetsen (examen wel of niet slagen)?
51.00 Het belang van vragen stellen, onderzoek doen en ‘doorleren’
55.00 De inrichting van de school en het belang van ‘de wil tot leren’
58.00 Circus om school heen, verbeteren van overgangen tussen niveaus
59.00 De universiteit als fabriek
1.01 Onderzoek doen: vragen in een ruimte je weg proberen te vinden, het belang van houding en attitude (in plaats van het bouwen aan een evidence based model van de werkelijkheid)
Hoe komt het dat kinderen in Nederland de afgelopen jaren steeds slechter zijn gaan rekenen? En belangrijker, hoe kunnen we dit verbeteren? Hier praat ik over met leerkracht, onderwijsadviseur en rekenexpert Marcel Schmeier. We analyseren de stand van zaken wat betreft rekenonderwijs in Nederland en reflecteren op de onderwijsvernieuwingen van de afgelopen 20 jaar. Marcel geeft met praktische voorbeelden en duidelijke onderbouwing aan waar het veelal mis gaat op de basisschool. Rekenen is een oerwoud geworden van plaatjes, tekst, verschillende aanpakken en vage vraagstellingen. Maar rekenen vraagt om iets anders. Bijvoorbeeld duidelijke instructie, herhaling, regelmatig oefenen en toewerken naar abstractievermogen. Het is hoog tijd dat de leerkracht aan zet komt en zich niet laat leiden door verleidelijke nieuwe rekenboeken, politieke vergezichten en hypes over leren. Dat leidt de aandacht juist af van de essentie. Kijk of luister nu naar buitengewoon boeiend gesprek waarin duidelijk wordt wat de effecten zijn van ongefundeerd vertrouwen in onderwijsmethodes zoals realistisch rekenen, 21st century skills en gepersonaliseerd leren. We bespreken ook wat er nodig is om het beter te doen: door terug te gaan naar de basis van rekenen. Een basis die nog steeds ontzettend waardevol is en kinderen bovendien veel vertrouwen geeft!
1.44 Waarom kunnen kinderen steeds minder goed rekenen? Additionele link met onderbouwing
2.05 Onderzoek onderwijsinspectie naar de oorzaak naar de dalende resultaten in het rekenen. Additionele link met onderbouwing
2.50 Speciaal basisonderwijs heeft geen specifieke rekenmethode, leerkracht doet het zelf, in het team
3.35 De introductie van realistisch rekenen en ontdekkend rekenen. Lees er hier meer over.
3.50 Wat is realistisch rekenen? Lees er meer over in deze blog van Marcel Schmeier
4.45 Voorbeeld: over het tiental leren rekenen. Met extra uitleg hier
5.00 Cognitieve overbelasting van het brein. Zie ook deze link
6.05 Kinderen mogen op verschillende manieren tot een oplossing komen. Dat leidt tot verwarring. Liever kiezen voor één manier
7.05 Belang van gezamenlijkheid in de rekenles. Dezelfde taal, woorden, aanpak en begrippen delen
7.40 Belang van samen leren rekenen, gemeenschappelijkheid in de klas bevorderen
8.10 Individuele leerroutes zetten druk op de gezamenlijkheid in een klas
8.35 Op maat en gepersonaliseerd leren klinkt mooi, uitwerking is vaak: kinderen komen lager uit. Zie ook hierover deze link over de effecten van maatwerk in het onderwijs en meer over de staartdeling hier.
8.50 13.000 kinderen verlaten per jaar de basisschool als slechte rekenaar
9.00 Individualisme hoort niet thuis in een schoolklas, het leidt tot grotere verschillen. Resultaten worden ook slechter. Met name bij kinderen uit lagere sociaal economische klasse Zie hier een link naar het onderzoek van Andersen en Andersen.
9.45 Wat is het doel van onderwijs? Leuke leestip.
10.40 Het belang van het leerstofjaarklassensysteem
11.20 Durf ambitie te hebben als school, stel zelf je ambities vast en laat het niet afhangen van toetsen
12.08 Geen breuken meer in het onderwijs? Moet je niets van aantrekken als school, durf zelf doelen te bepalen! Neem ook die verantwoordelijkheid. Zie ook het initiatief lerarencollectief.
13.39 Wat is expliciete directe instructie? Voor een uitgebreide uitwerking met antwoorden op de meest gestelde vragen, kijk hier.
14.30 Het belang van voorbeelden uitwerken op het bord en vragen stellen. Bijvoorbeeld: hoe ben ik tot dit antwoord gekomen?
15.20 De kracht van vragen stellen is cruciaal op school. Maar wel de juiste vragen!
16.30 Voorkennis van kinderen verschilt enorm. De kunst is die voorkennis te activeren. Zie hierover dit artikel.
17.35 We zijn kennis een trucje gaan noemen, dat is eigenlijk heel vreemd. Uitleg met voorbeelden
18.20 Kennis leidt tot vaardigheden, daardoor wordt de wereld van kinderen groter
18.50 Creativiteit heeft kennis nodig, anders is het niets. Link taxonomie van Bloom. Misvatting: te snel naar hogere niveaus. Terwijl de basis is ‘dingen kunnen onthouden’
20.05 De leerkracht als expert, de leerling als beginner. Waar zit het verschil? Experts denken anders dan kinderen, kinderen zijn geen volwassenen
22.05 Hoe geef je goede instructie op een Montessorischool waar verschillende niveaus bij elkaar in de klas zitten?
23.44 Teveel differentiëren leidt tot teveel versnippering en dus leertijd. Zie hierover ook dit artikel
24.00 Spanning tussen de individuele ontwikkeling van een kind en de groepsontwikkeling.
24.50 Denkoefening: Is het ethisch juist elk kind een eigen leraar te geven? Stel dat het kon?
25.20 Wetenschap krijgt steeds meer een plek op school, gelukkig maar! Hier de link naar het genoemde ‘Op de schouders van reuzen‘
26.00 Hoe biedt je verschillende rekenstrategieën aan binnen een leerlijn? Van concreet naar abstract!
28.27 Zo leer je kinderen rekenen van Douwe Sikkes
28.55 Hebben een kinderen een voorkeurstrategie? Nee, dat is een fabeltje. Het doel van onderwijs is de juiste strategie aanreiken
29.40 Zijn we op scholen te voorzichtig geworden om kinderen iets te leren en te snel iets leuk, makkelijk of gaan vermijden? Succes behalen door iets te doen wat moeilijk is. Zie ook deze leestip van Marcel
30.50 Aandacht voor reflectie op school. Reflectie kan pas bij beheersing op de stof. Zie ook dit onderzoek hierover
34.00 De grootste uitdaging in Nederland wat betreft het rekenonderwijs
34.40 Protocol ERWD: alles is verstrengeld, terwijl de uitdaging op school is te ontwarren, dat stapsgewijs oefenen met je kinderen. Zie ook deze link
38.00 Belang van herhaling wordt meestal onderschat
38.50 Rekenen leeft enorm in Nederland
39.20 Klopt het dat breuken uit het curriculum worden gehaald? Zie ook dit artikel hierover
41.00 De staartdeling die na 2002 (intro euro) is vervangen. Naar realistisch rekenen.
42.30 Waarom werkt de staartdeling zo goed? Zie ook hier
44.50 Kan realistisch rekenen samenkomen met traditioneel rekenen?
45.50 Rol van ouders
49.40 Grootschalig onderzoek naar effectieve vormen van onderwijs: directe instructie werkt! Maar helaas is het niet overgenomen in het basisonderwijs. Meer hierover zie onder andere:
Is het mogelijk om als team te functioneren zonder een formele leider? Of is dit vooral een mooi sprookje wat in de praktijk lastig werkt? In deze Tjipcast spreek ik uitgebreid met Frank Hulsbos over gespreid leiderschap in organisaties. Frank doet een promotieonderzoek naar de rol van leiderschap in schoolorganisaties. Misschien nog wel interessanter is onze verkenning achter deze vraag: hoe komt het dat we het heel normaal zijn gaan vinden dat er in een organisatie hiërarchie is? Luister of kijk nu naar een heel boeiende Tjipcast over de spanning tussen leiden en volgen. Tussen werk coördineren en het werk doen. En over hoe macht verslavend kan zijn. Bovendien verkennen we welke bekwaamheden teams kunnen ontwikkelen om zonder klassieke aansturing effectief en efficiënt samen te werken aan verbetering en innovatie.
08.20 Voorbeeld uit de praktijk: Comenius College Hilversum
09.30 Spanning tussen hierarchisch ingerichte organisatie en gespreid leiderschap
10.00 kan gespreid leiderschap samengaan met een klassieke hiërarchie? Ja dat kan.
12.00 Managers zijn juist erg enthousiast over gespreid leiderschap, hier hoor je waarom
17.00 Dictatorvirus, slecht voorbeeld doet slecht volgen. Macht is verslavend, dus daar moet je iets mee
18.00 Macht als paradox. Als je meer focust op anderen dan krijg je meer invloed van een groep. Maar diezelfde mensen die over langere tijd invloed zijn gaan ander gedrag vertonen.
20.30 Waar kan je beginnen met gespreid leiderschap? Toetsing, stage of andere onderwerpen?
22.40 Coördineren in een organisatie krijgt een hogere beloning dan inhoudelijk expert zijn
23.00 VO raad competenties voor schoolleider, wat moet je dan kunnen?
Hoe maak je van je van leren en opleiden in een organisatie een aantrekkelijke activiteit?
Ik ga over deze vraag in gesprek met Joseph Kessels, emeritus hoogleraar onderwijskunde en oprichter van het adviesbureau Kessels & Smit, The Learning Company. We zijn lange tijd collega’s geweest en werken nog steeds nauw samen. Zo heb ik met Joseph het filosofieboek geschreven Denken in organisaties, pleidooi voor een nieuwe Verlichting en werken we samen aan een onderzoek over hoe jonge musici van elkaar leren in het Meesters en Gezellen programma. Wat is er nodig om in organisaties het feitelijke werk als uitgangspunt van leren te zien? En wat voor organisatiekenmerken bevorderen professionele ontwikkeling of zetten er juist de rem op? Is het mogelijk professionals te verplichten om te leren? Daarover gaat dit gesprek.